Tijdens een symposium in het Sint-Anna Sint-Remi Ziekenhuis van de Chirec-ziekenhuisgroep konden huisartsen hun ervaringen over de communicatie tussen de eerste en de tweede lijn bespreken.
Dr. Michel Devolder en dr. Pierre-Louis Deudon werden respectievelijk verkozen als voorzitter en ondervoorzitter van de Fédération des Associations de Médecins généralistes de Bruxelles (FAMGB. De rol van de huisarts, zeiden ze, is de patiënt te begeleiden tijdens zijn of haar zorgparcours. De vele taken van de huisartsen vereisen vaak samenwerking met specialisten en ziekenhuizen. “De communicatie tussen de eerste en tweede lijn moet collaboratief en bilateraal zijn”, benadrukte dr. Devolder.
Informatiecirculatie
Bij verwijzing naar een specialist richt de huisarts zich tot een collega met een vraag voor een patiënt en geeft hij de nodige informatie. De feedback van de specialist zou idealiter automatisch moeten zijn. Het kan namelijk gebeuren dat de huisarts snel de hulp van een collega-specialist nodig heeft. Omgekeerd moet de specialist niet aarzelen om zo nodig op zijn beurt contact op te nemen met de huisarts. Maar, zoals meer dan één huisarts tijdens het symposium opmerkte, zijn de pogingen om telefonisch contact te nemen niet altijd succesvol, in beide richtingen. Kan er in de ziekenhuizen geen ‘hotline’ naar een arts of een dienst worden ingesteld? (zoals u eerder op Chirec Pro kon lezen hebben de Chirec-ziekenhuizen al enige tijd een telefoonnummer en een e-mailadres voor behandelende artsen, noot van de redactie).
Een andere manier van directe uitwisseling is via multidisciplinair overleg. De sprekers op het symposium benadrukten het belang van het uitnodigen van huisartsen voor deze bijeenkomsten en de noodzaak van doeltreffende IT-logistiek.
Volledige dossiers gevraagd
Een SUMEHR is een belangrijk instrument voor contacten tussen zorgprofessionals. De informatie die erin hoort te staan wordt uit het globaal medisch dossier gehaald. De voorwaarde voor een goede overdracht van gegevens tussen de verschillende niveaus, aldus dr. Deudon, is dat deze bestanden correct zijn uitgewerkt, wat niet altijd het geval is. En sommige SUMEHR-documenten verwijzen naar internetadressen die niet altijd functioneel zijn, bijvoorbeeld voor referenties of details. En als bepaalde informatie snel aan de behandelend arts moet worden doorgegeven, kan dat beter door rechtstreeks contact met de arts op te nemen. De informatie per e-mail bezorgen aan de huisarts zou betekenen dat hij of zij voortdurend op de uitkijk zou moeten staan, wat niet mogelijk is. Het kan dus gebeuren dat bepaalde informatie hem bereikt na de ontmoeting met de patiënt. In de Chirec-ziekenhuisgroep werd dit probleem door de IT-afdeling opgelost.
Gestandaardiseerde documenten
De FAMGB werkt samen met de Brusselse ziekenhuizen aan een gestandaardiseerde model-ontslagbrief. Er wordt ook gedacht aan een soortgelijk document voor de opname van de patiënt in het ziekenhuis en een protocol voor communicatie tijdens de ziekenhuisopname. Voor de huisarts is het nuttig om te weten of een patiënt al dan niet van de ene naar de andere afdeling werd overgebracht. Maar men moet ook nadenken over de informatie die de arts aan het ziekenhuis zou kunnen doorgeven: het levensproject van de patiënt, zijn aanpassingsmogelijkheden, zijn omgeving, enz.
Andere communicatieprojecten zijn in ontwikkeling. De dokters Devolder en Deudon concluderen dat IT een ondersteunend instrument moet zijn waarbij de patiënt centraal staat en dat in een geest van samenwerking en in alle veiligheid wordt gebruikt.